In de hiernavolgende reeks zullen we een onderwerp bespreken dat van uitzonderlijk belang is omdat het tot de pijlers behoort waarop maatschappijen en beschavingen zijn gebouwd. Het is een moeilijk en veelomvattend onderwerp, maar we kunnen en mogen het niet negeren, willen we als Katholiek Forum volwaardig aan het hedendaags debat over religie en samenleving deelnemen. We zullen het hebben over verschillende aspecten van de beleving van de menselijke seksualiteit in het algemeen en van de zogenaamde “seksuele revolutie” in het bijzonder. Hiertoe zullen we ons baseren op goed gedocumenteerde feiten en de houding en de leer van de Kerk hiertegenover. Laten we in een eerste artikel duidelijk maken waar de voornaamste ideologische oorzaak ligt van heel wat hedendaagse plagen die verband houden met de seksualiteitsbeleving.
25-06-2011
HOOFDSTUK 1
Het ARM: de drie-eenheid Atheïsme, Rationalisme en Materialisme
Het is geschiedkundig gemakkelijk na te gaan dat de denkrichtingen die tot deze ARM behoren, geleid hebben tot de verschrikkingen van de Franse Revolutie, het Nazisme, het Stalinisme, de totalitaire terreur van Mao Tse-Tung en de megavolkerenmoord van de Rode Khmers. Desondanks blijven zij beschikken over een goed draaiende propagandamolen en bekleden de aanhangers ervan heel wat sleutelposities in de westerse samenlevingen. Genootschappen behorende tot de vrijmetselarij, die deze denkrichtingen aansturen, zijn er in geslaagd een groot deel van hun doelstellingen effectief in wetteksten om te zetten in heel wat landen. Met hun ogenschijnlijk wetenschappelijke manier van redeneren hebben zij zelfs heel wat christelijke theologische kringen geestelijk verziekt.
De denkwijze die het ARM tracht in te voeren is reducerend, ontkoppelend en leidt tot identiteitsverlies. Met reducerend wordt bedoeld dat zij een werkelijkheid of een probleem vereenvoudigen tot iets wat voor het menselijk brein gemakkelijk te vatten is. Dat is bv. het geval met het Darwinisme, dat het hele complexe evolutiegebeuren wil verklaren vanuit een grof, simplistisch en weinig accuraat proces: de natuurlijke selectie. Ontkoppeling betekent dat men een bepaald gegeven onttrekt aan zijn natuurlijke context en het als een apart gegeven behandeld. Er worden bv. studies of enquêtes gemaakt over “goede seks”, waarin een aspect dat van secundaire aard is, namelijk het genot, de allesbepalende factor wordt. Toegepast op mensen leiden reductie en ontkoppeling tot het verlies van een goed ontwikkeld identiteitsbesef. Men tracht hen door wetten en maatschappelijke druk systematisch te ontkoppelen van hun persoonlijke overtuigingen (die mogen zij eventueel voorlopig nog houden, maar dan liefst enkel voor henzelf) en hen te reduceren tot staatsrobotten. Tot en met een essentieel gegeven van iemands lichamelijke identiteit, het geslacht, wordt losgeweekt van de existentiële realiteit waartoe het behoort en ondergebracht in een fabricage van het ARM die men gaandeweg als “gendertheorie” aan onze kinderen wil opsolferen.
Het ARM ontwikkelde een logica die is gebaseerd op het axioma of het “geloof” in de feitelijke zinloosheid van het bestaan. Vermits een leven zonder zin menselijkerwijze niet leefbaar is, baseren de ideologieën die hieraan ontspruiten zich op een of andere vorm van “utilitarisme”: het doel is een zo efficiënt mogelijke bevrediging van zoveel mogelijk van onze wensen. Grosso modo leiden ze tot collectivisme (een zo groot mogelijke massa haar brood en spelen geven) of individualisme (het maximum aan zelfbevrediging halen uit het eigen leven). Zij hebben een ontkoppelde kijk op de wereld, waarin rechten en plichten zorgvuldig gescheiden worden, zodat het verband tussen beiden teloor gaat en waarin, al naar gelang dit het best van pas komt, de nadruk wordt gelegd op één van beiden.
In het hedendaagse denken over seksualiteit merkt men duidelijk de invloed van die nieuwe logica. Seksualiteit wordt vooral bekeken als een persoonlijk recht. De maatschappelijke, hygiënische en relationele dimensies ervan komen op de tweede plaats. De eigenlijke biologische ontstaansreden van de seksualiteit, het creëren van de ideale omstandigheden voor een ideale voortplanting, wordt zorgvuldig genegeerd. Zulks past immers niet goed in het plaatje van een zinloze werkelijkheid en legt een vervelende rem op de mogelijkheden tot maximale lustbevrediging. Men mag over mensen die een SOA opliepen nog enkel spreken in termen die hen gelijk stellen met “slachtoffers”. Wie, zoals aartsbisschop em. Mgr. Léonard, ergens in een boek voorzichtig durft te insinueren dat het hier mensen betreft die niet alleen ziek werden, maar die eveneens verantwoordelijkheden hebben tegenover zichzelf, hun partner(s) en de maatschappij, ook in hun intieme betrekkingen, wordt door de media als een gevoelloos monster behandeld. Zelfs de modernistische, door het ARM geïnfecteerde kerkelijke media meenden dit spel te moeten meespelen en besprenkelden de aartsbisschop met het bezoedeld wijwater van hun afkeurende commentaren.
De Kerk heeft in de loop der eeuwen niet steeds dezelfde houding ingenomen tegenover seksualiteit. In haar beginjaren was ze waarschijnlijk sterk beïnvloed door het onderricht van St Paulus die leerde dat men moest leven “naar de geest” en niet “naar het vlees”. Maar toen de Kerk ook een wereldlijke macht was geworden gingen de poppen aan het dansen en belandde men al gauw in een libertijns gedrag dat tot in de hoogste kerkelijke kringen ingang vond. Dit had verstrekkende gevolgen en men kan het enkel aan Gods voorzienigheid toeschrijven dat de Kerk zich hieraan heeft kunnen ontworstelen. Meer recent kende men in de westerse wereld het tijdperk der Victoriaanse preutsheid, waarin alles wat met seksualiteit te maken had met taboes werd beladen en seksualiteit automatisch werd geassocieerd met zondigheid. Dit bleef in de meeste katholieke kringen de gangbare houding tot na de Tweede Wereldoorlog.
De explosieve ontwikkeling van materiële mogelijkheden die daarop volgde deed velen dromen van “nieuwe tijden”, gepaard gaande met “nieuwe inzichten”. De nieuwe materiële welvaart werd het paard van Troje van waaruit het materialisme zich in de geesten van onze tijdgenoten kon nestelen. Alle taboes werden op slechts enkele tientallen jaren tijd overboord gegooid en vervangen door de slogan “alles moet kunnen”. Wetenschap en technologie ontwikkelden zich zodanig dat deze wensdroom voor velen binnen het handbereik lijkt. Nieuwe anticonceptiemethoden zorgden ervoor dat de gewenste ontkoppeling tussen seksualiteit en voortplanting ook in de praktijk gemakkelijk realiseerbaar werd. Voor de gevallen waarin dit niet bleek te kloppen, ruimden nieuwe wetten, gebaseerd op de ethische leerstellingen van het ARM, de laatste morele hinderpalen op, samen met de ongewenste “voortplantingsproducten”. De democratische Staat, waarin de wet placht te gelden van de best “gedesinformeerde”, zorgde ervoor dat de gevolgen van het hieruit voortvloeiend immoreel gedrag ten laste vallen van de ganse werkende bevolking, ook van degenen wiens geweten nog niet is misvormd en die het met deze gang van zaken absoluut niet eens zijn.